Adopteer een boomtuintje | planten voor in je boomtuintje

Op veel plekken in Amsterdam wordt de grond rondom een boom – de boomspiegel of boomtuintje- door bewoners beplant en onderhouden. Als de soorten goed gekozen worden kunnen deze plekken de biodiversiteit bevorderen én ga je ook nog eens hittestress tegen. Wilde bijen en zweefvliegen komen op de nectar en stuifmeel af, vlinders leggen er eitjes en vogels eten bessen en zaden.

De groeiplaats onder bomen is ook een lastige plek voor veel planten. Er is schaduw en de grond is er vaak droog. De regen wordt vaak tegengehouden door de boom en de boom neemt zelf ook veel water op. Verder zorgen de wortels van de bomen voor weinig ruimte voor andere planten. Toch kan je door de juiste planten neer te zetten een prachtig mini tuintje maken, dat straks zoemt van het leven.

Inheemse planten

Inheemse planten verrijken het groen in de stad het meest. Dat zijn planten die al eeuwen in Nederland voorkomen en daardoor de dieren op precies het juiste moment geven wat zij nodig hebben. Zo leggen vlinders hun eitjes op heel specifieke planten. Op de website van de vlinderstichting kan je zien welke planten dit zijn.

Omdat inheemse planten -gek genoeg - nog niet zo wijdverbreid zijn bij kwekerijen en hoveniers is een verdeling van de helft inheems en de helft uitheems een mooi begin. De vlinderplant bijvoorbeeld is uitheems maar biedt toch voedsel. Als een uitheemse plant dus nectar en/of stuifmeel heeft voor insecten, hebben ze toch een meerwaarde voor de natuur.

Je boomtuintje aanleggen

Vraag een boomtuintje aan op de website. Zo is je boomtuintje geregistreerd en worden er piketpaaltjes neergezet.
Maak de grond onkruid vrij en hark de grond licht op. Je kan wat organische compost toevoegen. Je kan gratis compost van de gemeente ophalen op 25 maart.
Als het om erg droge grond gaat kunnen klei- of lavakorrels toegevoegd worden. Onder volwassen bomen kan de bovenste laag vervangen worden door een humeuze grondlaag. Na aanplant een mulchlaag aanbrengen (3-5 cm) om uitdrogen te voorkomen. Lees hier hoe je zelf mulch maakt.

Mulch

Planten maar!

Om je te helpen hebben we hier een aantal inheemse soorten voor in je boomtuintje neergezet.

Licht boomtuintje: vaak onder jonge bomen of onder bomen met een open kroon. Hier komt vrij veel licht op de grond.

  • Ooievaarsbek (geranium pratense)
  • Gewoon duizendblad (achillea millifolium) *
  • Klein bergsteentijm (clinopodium calamintha)
  • Knoopkruid (centaurea jacea)
  • Echte gamander (teucrium chamaedrys)
  • Vaste judaspenning (lunaria rediviva)
  • Wilde marjolein (origanum vulgare)*
  • Biesook (allium schoenoprasum)*
  • Vingerhoedskruid (digitalis purpurea)* *Deze soorten zaaien zich uit. Voorkeur heeft combinatie met andere soorten, om te voorkomen dat er gaten in de beplanting vallen.

Halfdonker boomtuintje. De groeiplaats is in de halfschaduw. De meeste boomtuintjes vallen onder deze categorie.

  • Vrouwenmantel (alchemilla mollis)
  • Kaasjeskruid (malva moschata)
  • Daslook (allium ursinum)
  • Betonie (stachys officinalis)
  • Witte veldbies (Luzula luzuloides)

Donker boomtuintje: onder volwassen bomen met halfbrede kronen. De groeiplaats ligt in de schaduw.

  • Kruipend zenegroen (ajuga reptans)
  • Klein maagdenpalm (vinca minor)
  • Wijfjesvaren (athurium filix femina)
  • Smeerwortel (symphytum grandiflorum)*
  • Wolfsmelk (euphorbia amygdaloides)
  • Gele dovenetel (lamiastrum galeobdolon)
  • Donkere ooievaarsbek (geranium phaeum)
  • Brede stekelvaren (Dryopteris dilatata)

Zeer donker boomtuintje: onder zeer grote volwassen bomen met brede kronen. De groeiplaats ligt in diepe schaduw.

  • Wijfjesvaren (athurium filix femina)
  • Wolfsmelk (euphorbia amygdaloides)
  • Gele dovenetel (lamiastrum galeobdolen)
  • Donkere ooievaarsbek (geranium pheum)
  • Klimop en hedera (colchica)
  • Gevlekte aronskelk (Arum maculatum)
  • Brede stekelvaren (Dryopteris dilatata)

Al deze soorten kan je ook in soortgelijke geveltuinen zetten. De Gemeente Amsterdam probeert zelf zoveel mogelijk op inheemse soorten in te zetten. Door het beperkte aanbod is dat echter niet altijd mogelijk. Wel streven wij ernaar op den duur een verhouding van 25% uitheems en 75% inheems te hanteren.