Een ei is een ei | Stadsecoloog Roy Veldhuizen

Hoe voorkom je dat een broedende vogel een bouwproject stillegt? Stadsecoloog Roy Veldhuizen vertelt over een belangrijke nuance in de wet, niet discrimineren en kijken met een groene bril.


Roy, “Ik ben een stadsecoloog, met de nadruk op die twee losse woorden. Ik ben een geboren en getogen stadsjongen én ik houd heel erg van de natuur. Ik vind het mooi om na te denken over hoe we met de natuur in een dichtbevolkte stad beter kunnen samenleven. Soms botst het, bijvoorbeeld wanneer vogels vlakbij werkzaamheden broeden. Ze zitten daar omdat er eten, drinken en bescherming is. Die vogel weet niet wat jij wil. Wij mensen vinden dat lastig als we aan de slag willen. Dat snap ik, toch hoop ik dat sentiment om te draaien.”

Meerkoetennest gemeente Amsterdam

“Amsterdam is heel aantrekkelijk voor dieren en planten omdat de stad heel veel habitat biedt. We hebben weiland, bos, water, veen, parken maar ook steen, hoogte-, vocht- en temperatuurverschillen. Een vogel kijkt niet naar Zuidas zoals wij die zien. Vogels zien gebouwen als een rotsige omgeving. Daar houden zij wel van. Daarom hebben we stadsduiven en slechtvalken. Een kademuur? Heel aantrekkelijk voor meerkoeten om tegenaan te nestelen. De muur beschermt tegen aanvallers. De meerkoet hoeft aan die kant niet meer op te letten. Huiszwaluwen en duiven vinden weer een dak boven het hoofd onder daken en bruggen. Grondbroeders, bijvoorbeeld de kleine plevier, vinden bouwplaatsen vol zand weer heel interessant.”

Vogelvrij

“Zodra je aan de slag gaat in de stad is er dus een kans dat je met een nest te maken krijgt en daarmee ook met de wet Natuurbescherming. In deze wet staat dat alle nesten in het broedseizoen, van grofweg 15 maart tot 15 juli, beschermd zijn. Wat niet wil zeggen dat vogels daarbuiten niet broeden. Veel vogelsoorten leggen in november nog een ei. Zo’n 16 vogelsoorten in Nederland, waaronder uilen, roeken en buizerds, broeden het hele jaar rond. Voor al deze vaste nesten en rustlocaties geldt de wet ook. Zodra een ei is gelegd, mag geen verstoring plaatsvinden tot de jongen zijn uitgevlogen. Dat geldt óók voor stadsduiven, brandganzen of een exoot als de halsbandparkiet. De wet discrimineert niet. De achterliggende gedachte is: elke populatie is onderdeel van het grotere geheel waarin de balans moet blijven. Wordt een soort vogelvrij verklaard, dan heeft dat een grote impact op de balans van het ecosysteem. Toch is er een belangrijke nuance. Je kunt ook voorkomen dat vogels een nest gaan bouwen op je bouwplaats.

Onaantrekkelijk zijn

“Ik of een van de andere stadsecologen kan daarbij helpen. Door zo vroeg mogelijk een bouwterrein minder aantrekkelijk te maken met vogelverschrikkers, vliegers, lichtflitsen of geluidsbronnen. Ook het aanpassen van de fasering van werkzaamheden kan een oplossing bieden. Of gebruikmaken van een minimale verstoringsafstand zoals vaak gebeurt in bossen en parken waar soms wél in het broedseizoen gewerkt moet worden. Maar wat als je te laat bent omdat er al eieren liggen of jonkies zijn? Dan kijken we hoe het project in aangepaste vorm kan doorgaan, terwijl de vogels toch beschermd worden. Onlangs nog belde een uitvoerder die een nest met spechten had ontdekt. Ik heb mijn werk laten vallen en ben naar het park gefietst. Het eerste wat ik doe is een cirkel tekenen om het nest. Hierbinnen mogen geen verstoringen plaatsvinden. Gemiddeld is de doorsnede van de cirkel 25 tot 50 meter. Dit is afhankelijk van de vogelsoort en het moment: broedende vogels vragen om meer afstand dan vogels met jongen die bijna uitvliegen. Hoewel het natuurlijk veel te laat was, kon het werk doorgaan door op een andere plek te beginnen. Geluid verminderende maatregelen zijn ook een optie. Denk aan de inzet van elektrisch materieel, geluidsschermen of door te persen in plaats van te heien. Dat laatste hebben we gedaan bij een project waar een kraai met eieren zat.”

Ontheffing

Vóór de aanvraag maken we onder andere een broedvogelinventarisatie en kijken naar welk effect de werkzaamheden hebben op de vogel. Een kant-en-klaar antwoord op de vraag wat precies verstoring is, is er trouwens niet. Want is dat bij één keer opvliegen of pas bij tien keer? Of wanneer een vogel harder gaat fluiten? Verstoort een piekbelasting meer dan continu geluid van bijvoorbeeld een snelweg? Een concreet antwoord heb ik niet, wel altijd een best practice.”

Geen bescherming, wel zorgplicht

“De formulering van de wet leidt weleens tot onbegrip. In het ene artikel staat dat je alleen nesten van beschermde vogels niet mag verstoren, en worden soorten als stadsduiven en parkeenden uitgezonderd. Terwijl in de zorgplicht staat dat je zorgvuldig moet omgaan met álle dieren en hun jongen. Van die discussie wil ik het liefst af door niet met de letterlijke bril naar de wet te kijken maar met de groene bril. De natuur geeft ons veel. Amsterdam heeft ruim 10.000 dier- en plantensoorten. Dat betekent dat wij 24% van de Nederlandse natuur in Amsterdam hebben. Onze stad is daarmee veel diverser dan het platteland. Ik denk daarom liever in uitdagingen in plaats van problemen op het moment dat het een keer botst. Door samen creatief na te denken komen we er vrijwel altijd uit. En heel soms moet je een paar weken wachten tot de vogels zijn uitgevlogen. Dat is dan even zo.”