Amsterdam en de duif | Onlosmakelijk verbonden

Denk je aan Amsterdam dan denk je aan de Dam. En zeg je Dam dan gaat het toch al vaak over de duiven op de Dam. Op de Dam wonen zo'n 250 duiven. In heel Amsterdam zijn dat er zo'n 15.000.

De Amsterdamse duif stamt af van de rotsduif, die in de middeleeuwen naar Amsterdam werd gehaald om als voedsel te dienen. Dat verklaart dus waarom ze zich zo thuis voelen in de stenige binnenstad.

Slimmerik

Duiven zijn hele slimme vogels: Ze kunnen tellen en ze hebben een zeer goed geheugen. De dieren kunnen honderden beelden opslaan en zijn zelfs jaren nadat ze foto's zagen in staat om ze te herkennen. Ook zijn ze zich goed bewust van zichzelf: ze herkennen hun eigen spiegelbeeld. En ze weten de weg naar huis: van post tot smokkelwaar, duiven worden al lang gebruikt om van het ene punt naar elders te koersen.

Roekoe

Amsterdammers houden van de duif of ze haten de duif. Ze zouden stinken en maken veel lawaai. Dat lawaai is koeren en klinkt als roekoe. De houtduif heeft een roep met vijf lettergrepen: 'roe kóe koe roe koe'. De Turkse tortel roept er drie: 'roe koe koeoe'. De duiven die je hoort zijn meestal mannetjes: ze verleiden hun vrouwtje of imponeren anderen om hun territorium te verdedigen. Die Turkse tortels stammen trouwens af een paartje uit Turkije.

De duivenfamilie

Duiven zijn monogaam, ze blijven hun hele leven samen. Het zijn echte lovemakers: ze broeden het hele jaar door. Ze voeden hun jongen met kropmelk. Een soort prutje uit de keel met huidcellen en eiwit. Ze zijn dus niet afhankelijk van insecten die er alleen zijn als het warm genoeg is.

Omdat duiven het hele jaar broeden, baltsen ze ook het hele jaar. Balts is expressiegedrag bij dieren om partners aan te trekken en over te halen tot de paring. Het is een manier van vliegen. Hun baltsvluchten zijn makkelijk te herkennen: Ze vliegen hoog op, klapperen luid met hun vleugels en zeilen snel en sierlijk weer omlaag.

Gezonde duif

De duiven in Amsterdam kampen wel vaker dan duiven buiten de stad met gezondheidsproblemen. Dat komt omdat duiven van nature planten, zaden en insecten eten.
Iedere stadsbewoner weet dat de duiven in Amsterdam zich ook graag tegoed doen aan restjes friet, broodkruimels of ander lekkers naast de prullenbak. Duiven zijn scharrelaars: ze eten wat ze op de grond vinden. Dit komt omdat hun verre voorvaders dus oorspronkelijk in de rotsen leefden. Dat gescharrel over de straat is echter geen voordeel. Duiven missen door dit stadsdieet essentiële voedingsstoffen die zij in de natuurlijke omgeving wel binnen krijgen.

Draadvoet

Daarnaast zorgt geschooi in vuilnisbakken en afval ervoor dat duiven verstrikt raken in afval of mensenhaar. De draadjes knellen en maken wondjes. Dit gaat ontsteken en vaak sterven de pootjes af. Dit wordt een draadvoet genoemd en is pijnlijk voor de duif. Ook eenzijdig ongezond voedsel kan leiden tot afsterven de poten ze krijgen er namelijk diabetes van.
Door de duif naar gezondere plekken te lokken zoals biodiverse tuinen, parken of buitengebieden kunnen zij voedzamer voedsel vinden. Hiermee kan worden bijgedragen aan het voorkomen van afstervende poten als gevolg van infecties.

Een duif in nood

Denk je een zieke duif te zien. Bel dan de dierenambulance. Let vooral op wat je aan de vogel ziet, hoe gedraagt de vogel zich, waarom denk je dat de vogel in nood is en kan je de vogel vangen? De Dierenambulance brengt zieke duiven naar Wildopvang de Toevlucht. Duiven die wegvliegen zijn in de regel gezond en redden zich wel.

Je tuin aantrekkelijk voor vogels maken

Als tuinen en parken aantrekkelijke plekken zijn voor duiven, zullen ze ook sneller wegblijven op plekken waar ze minder gewenst zijn. Daarnaast zijn alle vogels in Amsterdam gebaat bij een groenere omgeving. Zo krijgen de duiven ook sneller aan hun essentiële voedingsstoffen in hun Amsterdams dieet. Voer de duiven liever niet. Ook om rattenoverlast tegen te gaan, omdat duivenvoer op de grond gestrooid moet worden.

Je kan wel je tuin vogelvriendelijker inrichten: haal je tegels uit je tuin en plant er hogere, lagere en bodembedekkende plantensoorten. Er komen weer insecten op af. Zorg voor niveauverschillen met geleidelijke overgangen van lage beplanting naar struiken en bomen. Wil je meer weten over hoe je je tuin vogelvriendelijker kan maken? Lees dan meer over hoe je je tuin aantrekkelijker maakt voor vogels.